Iconisch portret misbruikt in de oorlog

Een van de eerste projecten waarmee de jonge fotograaf Herman Heukels uit Zwolle bekendheid krijgt is een fotoserie voor Karel Norel’s boek ‘Rondom het land van Morgen’(1938). De pers is enthousiast over zijn ‘uitnemende serie opnamen’, waaronder die van vishandelaar en taander Albert Hakvoort, beter bekend als Albert van Inte (1885-1958). Als in 1939 in Amsterdam de Kleinbeeld Expo wordt gehouden wint Heukels met deze foto de derde prijs.

De economische crisis maakt in de Jaren 30 een eind aan het vooruitgangsgeloof; het leidt tot bezinning op ‘traditionele waarden en nationale identiteit’. Portretten worden populair, vooral als zij het wezen van het Nederlandse landschap uitdrukken. Over de foto van Albert van Inte zegt collega fotograaf Van Heemskerk Düker: “Gelijk zijn botter: Getaand en geteerd”. Land en volk verenigd in één portret. Individuele portretten worden ingezet als ‘volkstypes’, bijvoorbeeld door Meertens en De Vries in ‘De Nederlandse volkskarakters’. Met de afsluiting van de Zuiderzee wordt gerouwd over de teloorgang van de ‘authentieke Nederlander’. Albert van Inte staat ongewild symbool voor deze ontwikkelingen.

Bloed-en-bodem

Na de Duitse inval kiest Heukels al snel voor de NSB en raakt bevriend met Werner Schröder, de hoogste Duitse autoriteit van Overijssel. Heukels werk sluit goed aan bij de bloed-en-bodem gedachte van nazi Duitsland; Heukels’ werk begint in nationaalsocialistische uitgaven te verschijnen. De foto van Albert van Inte prijkt in 1941 in het propagandaboek ‘Die Niederlande im Umbruch der Zeiten’, met een voorwoord van Rijkscommissaris Seyss-Inquart. In het propagandablad Hamer worden bij een artikel over ‘Flevonen’, een benaming voor de vroegere Zuiderzeebewoners, Heukels Zuiderzeefoto’s afgedrukt.

In 1941 is Heukels regelmatig als persfotograaf op Urk te vinden. In januari documenteert hij de zware reis van een Postauto over de Lemsterdijk. Later dat jaar fotografeert hij de rijke paling- en snoekbaarsvangst, de uitdeling van drinkwater vanuit de ‘tankboot’ en veranderingen die plaatsvinden door de inpoldering. Ook maakt hij een fraaie foto van Hakvoort die over een zee van ijs naar een geland vliegtuig loopt. Hakvoort keert als model regelmatig terug in Heukels’ werk; hij wordt in De Telegraaf bij een van de foto’s omschreven als ‘een der populairste inwoners van het dorp’. In Heukels foto’s lijkt de oorlog op het voormalige eiland ver weg.

Op 20 juni 1943 maakt Heukels in Amsterdam een andere iconische foto: die van Joodse inwoners die compleet met gele ster en bepakking op het Olympiaplein naar hun ondergang lopen. Heukels woont nu in de hoofdstad en documenteert de razzia’s. Terwijl Albert van Inte dankzij de camerastand en uitsnede iets verhevends krijgt, worden Joden door Heukels een stuk minder voordelig afgebeeld. Hij profiteert van de onteigening van Joods vastgoed en deinst er niet voor terug om ondergedoken Joden aan te geven.

Doorleefd portret

Historica Machlien Vlasblom schreef een fascinerende biografie over Herman en broer Jan Heukels, ‘Wij waren supermannen’ (Amsterdam 2022). Ook daarin is Albert van Inte te vinden. Met Heukels liep het niet goed af. Hij werd na de oorlog als collaborateur geïnterneerd. De ‘superman’ kon de nazi-nederlaag en zijn verleden niet verwerken en werd paranoïde en suïcidaal. Hij pleegde zelfmoord door ophanging op 26 april 1947.

Het iconische portret van Albert van Inte interesseert niet alleen schrijvers en journalisten; het inspireerde Urker kunstenaar Andries Hoekstra tot het maken van een mooie linosnede, media 2023 te zien in Galerie Plein 1890.

85 jaar na dato blijkt Heukels foto weinig in kracht te hebben ingeboet. Een inmiddels doorleefd portret is het, net als het gezicht van Albert van Inte.

 

– Met dank aan Robert Hofman en Machlien Vlasblom

 

Albert Hakvoort loopt naar een KLM toestel, een ‘ijsvlucht’ met post en hulpgoederen, waarschijnlijk in 1941(foto Herman Heukels)

Onder: zelfportret van Herman Heukels (prive archief)

Linosnede gebaseerd op het portret van Albert van Inte door Andries Hoekstra (foto Lucia de Vries)