De polder biedt ook voordelen

Urk speelt geen rol in de beslissing tot inpoldering. Het eiland is eerder een lastige bijkomstigheid, die planologen het liefst ziet verdwijnen uit dit nieuwe stuk Nederland, waar een geselecteerde groep bewoners moet zorgen voor een modelsamenleving. De beste Nederlanders op de modernste landbouwgrond. De wetenschappers die advies uitbrengen aan de Directie Zuiderzeewerken zijn uiterst negatief over de ondernemingslust van de Urkers en de ontwikkelingsmogelijkheden van Urk. Urkers zijn brutaal en vrijgevochten; ze passen niet in het ideale plaatje. Sociograaf dr. Groenman adviseert een drastische oplossing: deportatie. Als de helft van de Urkers verhuist, kunnen zij elders werk in de open lucht verrichten. Dat ligt hen nog het beste. Op die manier wordt Urk niet groter dan de polderdorpen. Het advies wordt niet overgenomen. De naam ‘Urkerland’ gaat wel van tafel, het wordt ‘Noordoostpolder’. Toch blijft de modelpolder in de beleving van de planologen ontsierd door de randgemeente van verarmde vissers. Ze worden tegen wil en dank getolereerd, maar ook aan hun lot overgelaten. Ze krijgen geen plek op het nieuwe land, maar ook geen steun voor het ontwikkelen van nieuwe werkgelegenheid.

Toch gaan de Urkers, net als in het verleden, niet bij de pakken neerzitten, maar benutten ze de kansen die de inpoldering hun biedt. De verbinding met het vasteland verlost Urk uit een isolement dat het eiland jaren parten heeft gespeeld. Na het landverlies in de middeleeuwen zijn de Urkers uitsluitend aangewezen op de visserij. Diverse pogingen om andersoortige werkgelegenheid te creëren, zijn mislukt. Een mandenmakerij, een sigarenmakerij: ze zijn een kort leven beschoren. Er zijn wat middenstanders, maar wie buiten de visserij iets wil verdienen moet naar de vaste wal. Het is altijd lastig geweest om onderwijzers en dokters naar het eiland te krijgen. De polder opent nieuwe wegen en maakt scholing en zorg goed bereikbaar.

Het transport over de weg geeft een impuls aan de handel. Het stimuleert de vishandel en maakt het mogelijk dat Urk een eigen Noordzeevisafslag krijgt, waar alle vis over de weg wordt aangevoerd en via de visverwerking zijn weg vindt over heel de wereld. Urk is een gemeenschap met een uitzonderlijk lage werkloosheid. Op ongekend dynamische wijze is de Urker gemeenschap de polder ingegroeid met wegen, woonwijken en bedrijventerreinen. Zonder inpoldering had een groot deel van de Urkers inderdaad noodgedwongen moeten migreren, omdat er op het eiland geen plaats voor hen zou zijn geweest. Vóór de inpoldering telt Urk ruim 3.000 inwoners, op nog geen 80 hectare. Anno 2018 telt Urk meer dan 20.000 inwoners op bijna 1.200 hectare. Waar de zee ooit moest wijken voor polderland, wijkt het nieuwe land nu weer voor de Urker groei.

Vaarwel, mijn Zuiderzee is het weemoedige gedicht van dorpsdichteres Mariap van Urk, maar ze schreef ook Doornroosje, ter gelegenheid van de opening van de Urkerweg in 1948. Het gedicht verhaalt van een eiland dat door de inpoldering uit een diepe slaap wordt opgewekt en aarzelend, vol schroom het nieuwe land in trekt.

 

Hernieuwd, verjongd, aanschouwt zij ’t Polderland
Zo groen, zo fris, met nieuw gewassen kruiden.
(Al hoort zij tussendoor nog d’ oude scheepsbel luiden.)
Hier wenkt haar droomkasteel, hier is het Nieuwe Land.

 

Haar voeten zetten zich op nieuw gebaande weg.
Kanalen rekken uit, tot aan de horizon
Tot waar het eerste huis van ’t nieuwe dorp begon,
En sprakeloos gaat zij langs groene haag en heg.


Loopt Juffrouw Handel niet met Vader Visserij?
En Land- en Tuinbouw saam? Wat hebben zij plezier!
Begeesterd wordt zij door die ‘Grote Vier’.
Zij sluiten nauw aaneen; hoe vormen zij een rij!


Daar rijst dan Emmeloord, in fonkelnieuwe stand:
Zij voelt het hart in blij verwachten kloppen
En treedt terzij, voor auto’s die niet stoppen…
De Tijdgeest kust zijn bruid!

Het nieuwe Urkerland.

De officiële opening van de weg tussen Urk en Emmeloord in 1948.
Urk breidt zich nog steeds uit in de nieuwe polder.